NVE statuten

NVE statuten

Naam en zetel

Artikel 1

  1. De vereniging draagt de naam: Nederlandse Vereniging voor Endocrinologie, hierna ook te noemen: NVE.
  2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Utrecht

Artikel 2

De vereniging is opgericht op tien mei negentienhonderd zevenenveertig en duurt voor onbepaalde tijd voort.

Doel

Artikel 3

De vereniging heeft tot doel het wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de Endocrinologie en de Stofwisselingsziekten (kortweg: Endocrinologie) en de verbreiding en toepassing van de resultaten daarvan te bevorderen, de optimale toepassing van kennis en kunde in de uitoefening van de discipline Endocrinologie te stimuleren en de maatschappelijke belangen van de beoefenaars van de discipline Endocrinologie en in het bijzonder van haar leden te behartigen.

Artikel 4

De vereniging tracht haar doel te bereiken door:

  1. het houden van wetenschappelijke bijeenkomsten;
  2. het stimuleren van basaal en klinisch wetenschappelijk onderzoek en(doen) publiceren van wetenschappelijke artikelen;
  3. het stimuleren van vertaling van bij wetenschappelijk onderzoek behaalde resultaten naar de klinische praktijk;
  4. het stimuleren van bij- en nascholing van opgeleide specialisten, arts-assistenten en wetenschappelijk onderzoekers;
  5. het behartigen van de belangen van de discipline Endocrinologie, alsmede van de beoefenaars van dit specialisme, in het bijzonder die van haar leden, bij daarvoor in aanmerking komende organen en instanties;
  6. het onderhouden van contacten en samenwerken met andere wetenschappelijke verenigingen en patiëntenorganisaties op gebied van endocriene aandoeningen in binnen- en buitenland
  7. andere wettige middelen die voor het bereiken van haar doel bevorderlijk kunnen zijn.

Leden

Artikel 5

  1. De vereniging kent gewone leden en ereleden.
  2. Gewone leden zijn zij die zich als lid bij het bestuur hebben aangemeld en door het bestuur als zodanig tot de vereniging zijn toegelaten. Ingeval van niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
  3. Ereleden zijn zij die zich ten opzichte van de vereniging of op het gebied van de Endocrinologie bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt.

Artikel 6

  1. Het lidmaatschap is persoonlijk en mitsdien niet vatbaar voor overdracht of overgang. Het lidmaatschap van de NVE staat open voor alle natuurlijke personen die beroepshalve actief zijn of zijn geweest op het gebied van de Endocrinologie, zoals artsen, verpleegkundigen, wetenschappelijke onderzoekers en klinisch chemici.
  2. Het bestuur houdt een register waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.

Artikel 7

  1. Tot ereleden kunnen worden benoemd zij, die zich ten opzichte van de vereniging of op het gebied van de Endocrinologie bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt.
  2. Voordrachten voor het erelidmaatschap worden voorgelegd aan de algemene vergadering door het bestuur of door ten minste vijfentwintig leden. De algemene vergadering beslist over toekenning van het erelidmaatschap.

Artikel 8

Het lidmaatschap eindigt:

  1. door de dood van het lid;
  2. door opzegging door het lid;
  3. door opzegging door de vereniging;
  4. door ontzetting.

Artikel 9

  1. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste één maand. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
  2. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.
  3. Opzegging door het lid dient schriftelijk of langs elektronische weg te geschieden aan het bestuur.

Artikel 10

  1. Opzegging van het lidmaatschap van de vereniging kan tegen het einde van het lopende boekjaar door het bestuur worden gedaan:
    • wanneer een lid ondanks herhaalde aanmaning gedurende twee jaar niet aan zijn geldelijke verplichtingen jegens de vereniging heeft voldaan;
    • wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die op dat moment door de statuten voor het lidmaatschap worden gesteld.
  • De opzegging kan onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap tot gevolg hebben:
    • wanneer een lid zich gedraagt in strijd met de medische of wetenschappelijke ethiek;
    • wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren.
  • De opzegging geschiedt steeds schriftelijk met opgave van de redenen.
  1. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of wanneer het lid de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Zij geschiedt door het bestuur, dat het lid zo spoedig mogelijk van het besluit in kennis stelt, met opgave van de redenen. Het betrokken lid is bevoegd binnen twee maanden na de ontvangst van de kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene ledenvergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Een geschorst lid heeft geen stemrecht.
  2. Een schorsing die niet binnen zes maanden na ontvangst van het bedoelde beroep is gevolgd door een bekrachtiging door de algemene vergadering van het besluit van het bestuur, eindigt door het verloop van die termijn.

Bestuur

Artikel 11

  1. Het bestuur bestaat uit tenminste drie en ten hoogste negen natuurlijke personen, die uit hun midden een voorzitter, een secretaris, en een penningmeester aanwijzen.
  2. De benoeming geschiedt door de algemene vergadering uit de gewone leden der vereniging. Bij de benoeming van bestuursleden wordt gestreefd naar diversiteit in aandachtsgebied, geografie, werksituatie en functie, waarbij zowel basale als klinische onderzoekers zijn vertegenwoordigd
  3. Voor de benoeming van bestuursleden kunnen door het bestuur of tien leden kandidaten worden gesteld.
  4. De bestuursleden worden voor een termijn van vijf jaar benoemd. De bestuursleden treden af volgens een door het bestuur op te maken rooster. Een bestuurslid is slechts eenmaal herkiesbaar.
  5. In bestaande vacatures wordt zo spoedig mogelijk voorzien. Een niet voltallig bestuur blijft bestuursbevoegd.
  6. Een bestuurslid kan, ook al is hij/zij voor een bepaalde tijd benoemd, te allen tijde onder opgaaf van redenen door de algemene vergadering worden geschorst en ontslagen. Terzake van schorsing of ontslag besluit de algemene vergadering met een meerderheid van tweederde van de uitgebrachte stemmen.
  7. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn. Het geschorste bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de algemene vergadering te verantwoorden en kan zich daarbij door een raadsman doen bijstaan.

Artikel 12

  1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.
  2. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, het sluiten van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt. Op het ontbreken van de goedkeuring van de algemene vergadering kan door en tegen derden beroep worden gedaan.

Bestuursvergaderingen

Artikel 13

  1. De bestuursvergaderingen worden gehouden ter plaatse in Nederland als bij de oproeping bepaald.
  2. Ieder jaar wordt ten minste één vergadering gehouden.
  3. Vergaderingen zullen voorts telkenmale worden gehouden, wanneer één van de bestuursleden daartoe schriftelijk en onder nauwkeurige opgave van de te behandelen punten de oproeping doet.
  4. De oproeping tot de vergadering geschiedt ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel van oproepingsbrieven, welke behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de te behandelen onderwerpen vermelden. Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek wordt voldaan indien het verzoek elektronisch is vastgelegd.
  5. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter; bij diens afwezigheid voorzien de aanwezigen zelf in de leiding van de vergadering.
  6. Besluiten in de vergadering worden genomen met meerderheid van stemmen.
  7. Van het verhandelde in vergaderingen worden notulen gehouden door de secretaris of door één van de andere aanwezigen, door de voorzitter van de vergadering daartoe aangezocht. De notulen worden vastgesteld en getekend door degenen, die in de vergadering als voorzitter en secretaris hebben gefungeerd.

Bestuursbevoegdheid

Artikel 14

  1. De vereniging wordt vertegenwoordigd door hetzij het bestuur, hetzij twee gezamenlijk handelende bestuursleden, waaronder in ieder geval de voorzitter, de secretaris of de penningmeester.
  2. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden, alsook aan anderen, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.

Artikel 15

  1. Het bestuur is bevoegd permanente commissies in te stellen.
  2. De algemene vergadering is bevoegd werkgroepen in te stellen.
  3. Van de permanente commissies en van de werkgroepen kunnen naast gewone leden ook niet-leden van de vereniging deel uitmaken.
  4. Bij of krachtens huishoudelijk reglement kunnen nadere regels omtrent de permanente commissies en de werkgroepen worden gesteld.

Algemene vergadering

Artikel 16

  1. Aan de algemene vergadering komen alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of statuten aan andere organen zijn opgedragen.
  2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, wordt een algemene vergadering, de jaarvergadering, gehouden. Het bestuur streeft er naar deze vergaderingen te houden ter plaatse van en aansluitend op, of voorafgaand aan een door de vereniging te organiseren congres, seminar of ander evenement. Tijdens de jaarvergadering komen onder meer aan de orde het jaarverslag en de rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 19 en de door het bestuur opgestelde begroting voor het komende boekjaar.
  3. De plaats van de vergadering wordt door het bestuur bepaald.

Artikel 17

  1. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt schriftelijk of langs elektronische weg aan de adressen van de leden volgens het ledenregister. De termijn voor oproeping bedraagt ten minste veertien dagen. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld. Indien een lid hiermee instemt, kan de bijeenroeping geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door het lid voor dit doel is bekend gemaakt.
  1. Op schriftelijk of een langs elektronische weg gedaan verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één tiende gedeelte der stemmen in de algemene vergadering, is het bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan zes weken. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het bestuur de algemene vergadering bijeenroept of bij advertentie in ten minste een veel gelezen dagblad.

Artikel 18

  1. De algemene vergadering wordt geleid door de voorzitter, bij diens afwezigheid door de secretaris, en in geval ook van diens afwezigheid door een der andere bestuursleden, door hen in onderling overleg aan te wijzen.
  2. Toegang tot de algemene vergadering hebben de leden die niet geschorst zijn, alsmede degenen, die daartoe door het bestuur en/of de algemene vergadering zijn uitgenodigd.
  3. Het stemrecht berust bij de gewone leden.
  4. Ereleden hebben een adviserende stem.
  5. Een lid kan zijn stem niet door een gemachtigde laten uitbrengen.
  6. De voorzitter bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de algemene vergadering worden gehouden.
  7. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
  8. Van het ter algemene vergadering verhandelde worden notulen gehouden door de secretaris of door een door de voorzitter aangewezen persoon. Deze notulen worden in de zelfde of in de eerstvolgende algemene vergadering vastgesteld en ten blijke daarvan door de voorzitter en de secretaris van de vergadering ondertekend.

Geldmiddelen, balans en staat van baten en lasten

Artikel 19

  1. Het boekjaar valt samen met het kalenderjaar.
  2. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:
    1. de jaarlijkse contributies;
    2. giften, sponsoring, erfstellingen en legaten, en
    3. inkomsten uit eigen kapitaal in de vorm van rente op spaarrekeningen en obligaties, en overige inkomsten.
  3. De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse contributie, die door de algemene vergadering wordt vastgesteld en die, namens het bestuur, door de penningmeester wordt geheven. Ereleden zijn vrijgesteld van de verplichting tot het betalen van een jaarlijkse contributie. Leden, woonachtig buiten de Europese Unie betalen een aangepaste contributie.
  4. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de vereniging kunnen worden gekend.
  5. De penningmeester maakt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de jaarrekening op. Het bestuur stelt de jaarrekening vast.
  6. Het bestuur verleent een accountant de opdracht de jaarrekening te onderzoeken. De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur en geeft de uitslag van zijn onderzoek in een verklaring weer.
  7. Nadat het voorstel tot vaststelling van de jaarrekening aan de orde is geweest, zal aan de algemene vergadering het voorstel worden gedaan om kwijting te verlenen aan de bestuurders voor het door hen in het desbetreffende boekjaar gedaan beleid, voor zover van dat beleid blijkt uit de jaarstukken of dat beleid aan de algemene vergadering bekend is gemaakt.
  8. Het bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.

Statutenwijziging

Artikel 20

  1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.
  2. Zij die de oproeping tot deze vergadering hebben gedaan, moeten ten minste veertien dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Zo mogelijk wordt een afschrift als hiervoor bedoeld aan alle leden toegezonden.
  3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.
  4. De wijziging is van kracht nadat zij is opgenomen in een notariële akte.

Ontbinding

Artikel 21

  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing.
  2. Het bestuur treedt op als vereffenaar en geeft, na aan alle verplichtingen der vereniging te hebben voldaan, aan het batig saldo een bestemming, die met het doel van de vereniging zoveel mogelijk verband houdt.
  3. De boeken en bescheiden van de ontbonden vereniging moeten worden bewaard gedurende zeven jaren na afloop van de vereffening. Bewaarder is degene die door de vereffenaars als zodanig is aangewezen.

Huishoudelijk reglement

Artikel 22

  1. De algemene vergadering kan op voorstel van het bestuur een of meer reglementen vaststellen, waarin onderwerpen worden geregeld waarin door deze statuten niet of niet volledig wordt voorzien, en kan daarin, op voorstel van het bestuur, wijzigingen aanbrengen.
  2. Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die strijdig zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.