Ronde Tafel levert ideeën voor betere preconceptiezorg

28 februari 2019
Ronde Tafel levert ideeën voor betere preconceptiezorg

“Wilt u het komende jaar misschien zwanger worden?”

Dat is volgens prof. Eric Steegers, gynaecoloog Erasmus MC, de vraag die ALLE professionals aan ALLE vrouwen in de vruchtbare leeftijd zouden moeten stellen. Op deze manier zouden veel meer vrouwen bereikt kunnen worden voor de zo nodige preconceptievoorlichting. Steegers betoogde dit tijdens zijn presentatie over het belang van de Preconceptie Indicatielijst (PIL) en preconceptiezorg tijdens de Ronde Tafel over de implementatie van de PIL. Tijdens deze Ronde Tafel, die op 25 januari werd georganiseerd door het College Perinatale Zorg en de Stichting Preconceptiezorg, gingen alle partijen die betrokken zijn geweest bij de totstandkoming van de PIL met elkaar in gesprek over wat er tot nu toe is gebeurd met de implementatie van de PIL en wat er nog zou moeten gebeuren. 

Belang preconceptiezorg

Gezond zwanger worden en een gezonde zwangerschap en geboorte is essentieel voor de gezondheid later in het leven. Momenteel sterven nog steeds circa 8 per 1000 kinderen rond zwangerschap en geboorte in Nederland. Het getal is gelukkig wel afgenomen, maar de verschillen tussen kinderen van ouders met lage en hoge sociaal economische status blijven significant en gelijk. Dit geldt ook op andere terreinen van zorg. Maar niet alleen sterfte is relevant. Gezond geboren worden, is een zeer belangrijke voorspeller voor gezondheid later in het leven. Ziekte en sterfte zijn het hoogst bij de bevolking uit de randstad, vooral veroorzaakt door armoede, deels door afkomst van een niet-autochtone populatie.

Eric Steegers gaf aan in zijn presentatie dat is gebleken dat veel huisartsen en medisch specialisten zich nog steeds te weinig bewust zijn van het belang van gezond zwanger worden en het tijdig in kaart brengen medische risico factoren bv. chronische ziekten, medicatie en zo nodig handelen. Het onderwerp wordt in het algemeen als te weinig interessant beschouwd en de medisch specialist voelt zich hiervoor vaak niet verantwoordelijk. Ook zou er twijfel zijn aan de effectiviteit en bestaat er onvoldoende kennis over wie wat doet. Vele diverse unieke contactmomenten om vrouwen en mannen uit de doelgroep preconceptievoorlichting te geven, of te verwijzen naar de mogelijkheden waar deze voorlichting te krijgen, worden onbenut. Steegers gaf aan dat de vraag “Bent u van plan om binnenkort / dit jaar zwanger te worden?” een vast onderdeel zou moeten zijn van een gesprek met een arts.

Ideeën voor implementatie van de PIL

In de zomer van 2018 is de PIL aangeboden aan alle beroepsorganisaties. Het CPZ en de Stichting Preconceptiezorg hebben deze partijen uitgenodigd voor deze Ronde Tafel om met het in gesprek te gaan over de stand van zaken van de implementatie van de PIL en wat er nog nodig is hiervoor. Onder voorzitterschap van Martina Cornel, hoogleraar Community Genetics en Public Health Genomics, gingen aanwezigen hierover geanimeerd met elkaar in gesprek, na de presentatie van Elvira den Breejen van de Federatie Medisch Specialisten over de ideeën die de werkgroep PIL zelf al had voor implementatie. Doel is dat, mede met behulp van de PIL, preconceptiezorg verankerd wordt in het (beroepsmatig) handelen van alle beroepsbeoefenaren.

Ideeën die zijn geopperd:

  • Verdere bekendmaking van de PIL en het belang van Preconceptiezorg door:
    • Aandacht voor de PIL en preconceptiezorg in de diverse nieuwsbreven en website van de verschillende beroepsgroepen
    • Onderling uitwisselen wat partijen doen aan preconceptiezorg een ook dat opnemen in de diverse nieuwsbrieven
    • De PIL en preconceptiezorg presenteren op diverse symposia/congressen
  • Opname van preconceptiezorg in de onderwijscurricula van alle beroepsbeoefenaren die te maken hebben met vrouwen (en mannen) in de vruchtbare leeftijd
  • De PIL zelf ‘behapbaarder’ maken
  • Preconceptievoorlichting een onderdeel laten zijn van kwaliteitsvisitaties (en hiermee wordt dan bedoeld dat kan worden afgevinkt als er een standaard vraag over zwangerschapswens wordt gesteld en dat men weet waar de patiënt naar te verwijzen / welke voorlichting te geven)
  • Opnemen van Preconceptievoorlichting als Indicator.

Neem voor meer informatie contact op met Marlies Buurman, of met de stichting preconceptiezorg.